De Industrieele Groote Club (1913/16)

De Amsterdamse fabrikanten en industriëlen verenigden zich in 1913 in de sociëteit Industria aan de Dam 27. Drie jaar later werd de bouw van een eigen sociëteitsgebouw, naar ontwerp van F. Kuipers, voltooid. Om de exploitatiekosten te drukken werden op de begane grond vijf winkels en op de bovenverdiepingen diverse privékantoren gerealiseerd, die afzonderlijk verhuurd konden worden.

Het nagenoeg vrijstaande gebouw aan de Dam hoek Rokin heeft vier zeer verschillende gevels. Het geheel rust als het ware op een zandstenen onderbouw, waarin de winkels achter grote rondboogvormige vensters zijn gevestigd. Voor de gevels daarboven is gebruik gemaakt van lichtgekleurde baksteen, spaarzaam afgewisseld met natuursteen. De asymmetrische gevel aan de Dam wordt gedomineerd door een torenachtige opbouw en afgesloten door een kelkvormig en met koper bekleed dak.

De eigenlijke sociëteitsruimten lagen en liggen nog steeds op de eerste verdieping; aanvankelijk waren er een club- of conversatiezaal met uitgebouwde erker en balkon, een bar, een restaurant en buffetruimte, een dameskamer, een leeszaal en een bestuurskamer. Elders in het gebouw bevond zich nog een biljartzaal. Het oorspronkelijke interieur van het gebouw, eveneens naar ontwerp van Kuipers, is nagenoeg geheel intact gebleven. Te noemen zijn onder meer de diverse betimmeringen, de in blauwgrijs uitgevoerde keramische elementen en tegels van het trappenhuis en de kolommen, diverse in decoratief smeedijzer uitgevoerde lampen- en hekjes, dito glas-in-lood schermen en cassetteplafonds. Ook het originele meubilair is nog grotendeels aanwezig.

Het gebouw is nog steeds als zakelijk tref- en ontmoetingspunt in gebruik, maar afzonderlijke ruimten worden ook voor speciale bijeenkomsten verhuurd. Het gebouw behoort tot de rijksmonumenten.

Bron: bureau Monumenten & Archeologie, Amsterdam