Oude Nonnenklooster of Sint Mariënveld in Amsterdam

Gijsbert Dou was een steenrijk seculier priester en aanhanger van de Moderne Devotie; de religieuze beweging van Geert Groote. Hij bewoog twee rijke weduwen ertoe de paus te verzoeken over te mogen gaan tot de stichting van een klooster. De toestemming van de paus kwam in 1391, die van de landsheer Albrecht van Beieren in 1393 en de bevestiging van de stad Amsterdam eveneens in 1393.

Door Gijsbert Dou kwamen de nonnen op het spoor van de Moderne Devotie en uiteindelijk maakten ze vanaf 1400 deel uit van het kapittel van Windesheim. Intreding stond alleen open voor kapitaalkrachtige vrouwen wat inhield dat van de 46 eerste zusters er 38 afvloeiden. Die verdwenen naar burgerhuizen elders. Daaruit zijn later Derde Orde-kloosters ontstaan als het Sint Claraconvent, Sint Agnesklooster, Sint Ceciliaklooster en Sint Catharinaklooster, wat een hele concentratie van kloosters opleverde in dat stukje Amsterdam. Op het kloosterterrein zelf werden nog terreinen verkocht waarop in 1522 een stadstimmerwerf (Scaffery) en in 1545 een brouwerij werden gevestigd.

Het klooster wist, als een van de eerste kloosters van de stad, een groot aantal landerijen en huizen zowel binnen als buiten de stad te verwerven, wat maakte dat het St. Mariënveld het rijkste klooster van Amsterdam werd. Halverwege de 16e eeuw kwam op het wufte leven van de rijke nonnen veel commentaar van andere geestelijke instellingen en werd zelfs aan overheden verzocht dit 'bordeel' te sluiten. De nonnen ontvingen gasten en familie, ook mannen!

Met de Alteratie in 1578 werd het klooster geconfisqueerd. De nonnen werden schadeloos gesteld en kregen huisjes op het terrein. De toegangspoort tot het oude klooster werd in 1603 vernieuwd en in 1736 voorzien van beelden.

Binnengasthuis

Na de Alteratie werd dit complex, samen met dat van de Nieuwe Nonnen, overgedragen aan het Sint Pietersgasthuis, dat na 1635 Binnengasthuis ging heten. In 1579 verhuisde het Sint Pieters. Op het terrein werd een nieuw pesthuis gebouwd, dat na 1631 aan de Nieuwe Doelenstraat kwam te liggen. Toen in 1635 de patiënten van dit pesthuis naar het Buitengasthuis aan de Overtoomsevaart vertrokken werd de naam gewijzigd in Binnengasthuis.